Dein Warenkorb ist gerade leer!
Omdat Hij Taal is, is Hij uiterst taalgevoelig: onze woorden doen Hem iets, raken Hem, treffen Hem. Waar wij goed spreken van God, gebeurt iets met God. Wanneer wij steeds halleluja’s roepen wordt God groot, gróter gemaakt. Hem vereren is letterlijk Hem ‘zwaarder’, ‘gewichtiger’ maken: kabhed כבד. Onze dankwoorden versterken als het ware Hem, verhogen Hem. Dichterlijker gezegd: ze weven een erekleed, vlechten een erekroon.
Onze woorden verhogen Hem niet alleen, maar doen Hem ook neerdalen: ‘Op elke plaats waar Ik Mijn NAAM doe gedenken, zal Ik tot u komen’ (Ex. 20:24). Hij komt af op onze lofzang, Hij troont erop (Ps. 22:4). Hij woont er in als in een wolk. Hij geniet ervan als van een geurig lofoffer. Lofzingend halen we Hem naar ons toe: door Zijn Woord zijn wíj er en door óns woord is Hij er, in ons midden. Maar Hij is ook Tijd en alles gebeurt op Zijn Tijd en we leven in Zijn Tijd op Zijn aarde (Hand.17:28). Een Joods gezegde is: ‘Niet de wereld is de plaats van God, maar Gód is de plaats (ha-Maqom) van de wéreld’ (Bereshit Rabba, 68).
De schepping staat niet in het lege niets buiten God, maar is in Hem geplaatst. Hij is voor ons opzij gegaan, opdat wij er zouden zijn. Zijn Plaatsmakende Liefde is de grond waarop wij (be)staan.
Maar de plaats die Hij voor ons heeft vrijgemaakt, wil Hij ook terug: “Mijn zoon, geef Mij uw hart” (Spr. 23:26). Door Hem te vereren erkennen we Zijn recht op de aarde en geven we Hem Zijn originele plaats terug. Door middel van onze lofzang krijgt Hij de ereplaats die Hem toekomt: in het hart van ons leven en samenleven. Zoals een architect bij de feestelijke opening zijn eigen bouwwerk binnentreedt, zo komt de Schepper Zijn schepping binnen via de erepoort van onze lofprijzing en vult Hij de ruimte, die Hij schiep en voor ons vrijmaakt met Zijn schitterende (nog schitterender) Tegenwoordigheid: “de ganse aarde worde vol van Zijn Heerlijkheid” (Jes. 6:3).
Hij heeft vaste getijden ingesteld waarop Hij ons wil ontmoeten. De Tijdsaanduiders zoals zon en maan heeft Hij vastgezet om ons bij de tijd te houden, de dagelijkse offergetijden van de tijd dat de Tempel er nog stond, zijn vervangen door de vastgezette gebeden die het orthodoxe Jodendom nog altijd in ere houdt: het ochtendgebed, Shachariet, het middaggebed, Mincha en het avondgebed, Ma’ariev. Vaste tijden waarop voornamelijk lofoffers worden gezongen en uitgeroepen.
Enige teksten uit deze eeuwenoude gebeden:
Uit het ochtendgebed,
Shachariet שחרית:
Geprezen bent U, Eeuwig Aanwezige, onze God, Koning van de wereld, Die de haan het instinct heeft gegeven om de dag van de nacht te onderscheiden.
Geprezen bent U, Die de slaap van mijn ogen verwijdert en de sluimer van mijn oogleden.
Geprezen Die sprak en de wereld was er. Geprezen is Hij.
Geprezen Die het oerbegin maakte, Die zegt en doet, Die besluit en uitvoert, Die zich ontfermt over de aarde, Die zich ontfermt over de schepselen.
Geprezen bent U, Die met prijzende lofliederen bezongen wordt.
Uit het middaggebed,
Mincha מנחה:
Gelukkig zijn zij die in Uw Huis verblijvend, steeds weer Uw lof verkondigen (Ps. 84:5).
Here God, behoed mijn tong voor kwaadspreken, mijn lippen voor het spreken van bedrog. Laat mij stil zijn tegenover allen die mij vloeken, laat mij als stof zijn voor wat dien aard ook. Stel mijn hart open voor uw Thora en laat mij er naar streven Uw geboden op te volgen. Verijdel snel het plan van allen die iets kwaads tegen mij in de zin hebben en vernietig wat ze in gedachten hadden. Die vrede sticht in Zijn hoge sferen moge ook vrede brengen voor ons en voor heel Jisraël en zegt hierop Ameen.
Uit het avondgebed,
Arabhiet/Ma’ariev : ערבית
Toe dan, prijst Adonai, jullie allemaal, dienaren van de eeuwig Aanwezige, Die in de nachten in het Huis van Adonai staan. Hef op uw handen in het Heiligdom en prijst Adonai de Eeuwig Aanwezige. Moge Hij u zegenen vanuit Tsion, Hij, Die de hemel en aarde gemaakt heeft.
Barmhartige, vergevingsgezind als Hij is, gaat Hij niet tot vernietiging over, maar brengt vaak Zijn woede tot bedaren en laat Zijn verbolgenheid niet tot het uiterste komen. Adonai, help toch, Koning, antwoord ons als wij roepen.
In vrede leg ik mij neer en meteen slaap ik in, want u Adonai, laat mij wonen in een vertrouwd en veilig huis. (Psalm 4:9).